“Rouw is liefde die zijn adres is kwijtgeraakt”
~Riet Fiddelaers-Jaspers~
Rouw is meer dan pijn bij dood
Rouw is een begrip dat vooral wordt geassocieerd met dood. Dit is niet terecht. Iedereen die iets verliest wat voor hem of haar belangrijk en niet vervangbaar is ervaart de pijn die hoort bij rouw. Voor de een is dat het verlies van een toekomstbeeld, voor de ander de dood van een geliefde of het hebben van een chronische ziekte. Iemand kan drie keer moeiteloos zijn baan verliezen, maar bij de vierde keer ineens te kampen hebben met gevoelens van rouw.
Slingerbeweging tussen herstel en verlies
Vroeger dacht men dat iedereen die rouwde 5 fases doormaakte. (ontkenning, woede, onderhandelen, depressie, aanvaarding) Tot op de dag van vandaag wordt dit model van Kübler-Ross nog steeds op veel sociale en medische opleidingen gedoceerd. Het was goed dat Kübler-Ross (voor het eerst) aandacht had voor rouw, maar haar model suggereert ten onrechte dat het rouwproces volgens een vast stramien verloopt. Dat is vaak verwarrend voor mensen die rouwen. De laatste jaren zijn er nieuwe theorieën ontwikkeld. Het duale procesmodel bijvoorbeeld is vormgegeven door Schut en Stroebe naar aanleiding van wetenschappelijk onderzoek. Het model houdt in dat rouwenden telkens heen en weer bewegen tussen twee zaken: het herstel en het verlies.
Verlieservaring verweven
Vaak hebben mensen een voorkeur voor een van de twee. Maar om uiteindelijk de verlieservaring goed te kunnen verweven in het leven is het nodig om het allebei te doen. Sommige mensen staan langdurig stil bij het verlies. Ze praten er onafgebroken over en zijn er voortdurend mee bezig. Anderen lijken het verdriet te ontkennen; ze werken nog harder dan anders, zorgen voor veel afleiding en laten weinig van hun gevoel zien. Daarnaast zijn er mensen bij wie het lukt om wat meer balans in beide uitersten te vinden. Kinderen schakelen heel snel en gemakkelijk. Het ene moment zijn ze intens verdrietig en het volgende moment zeggen ze: “nou, ik ga nu weer naar de zandbak hoor” en daarna kunnen ze zich weer terugtrekken in zichzelf.
Pijn ontkennen is niet verstandig
Als het niet lukt om de balans te vinden kun je op een dag erg uit je evenwicht raken. Soms pas jaren later. Je ziet het bijvoorbeeld bij volwassenen die als klein kind een van de ouders zijn verloren. Vroeger was er nauwelijks aandacht voor het proces van zo’n kind. De overleden ouder werd soms vervangen, alle foto’s verdwenen en er werd nooit meer over gesproken. “Het leven gaat toch door”, werd er gezegd. Natuurlijk is dat ook zo maar pijn hoort bij verlies. Dat ontkennen is niet verstandig. Verlies hoort bij het leven en pijn hoort bij verlies. Hoe lang en hoe heftig de pijn is, is niet te voorspellen. Dat hangt af van het soort verlies, de persoonlijke geschiedenis en omstandigheden van de rouwende en diens karakter. Daarnaast speelt ook steun vanuit het netwerk een belangrijke rol. Al die verschillende aspecten bepalen hoe een rouwproces verloopt.
Rouwmythes
Een complicerende factor in het rouwproces is dat er veel mythes zijn rondom rouw die door veel mensen nog steeds als waarheid worden gezien. Bijvoorbeeld dat je na het eerste jaar het ergste hebt gehad. Soms wordt het juist na een jaar nog erger. Voor iedereen gaat het leven gewoon door, maar voor jou niet. De aandacht neemt af en men vraagt zich af of je er niet te veel in blijft hangen. Je voelt je onbegrepen en in de steek gelaten. Het kan ook zijn dat men denkt dat je “er al overheen bent” omdat ze je hebben zien lachen. Zoals het duale procesmodel aangeeft: lachen en huilen wisselen elkaar af. Het maakt allemaal onderdeel uit van hetzelfde proces. Als je lacht betekent het niet dat het goed met je gaat en ook niet dat je klaar bent met rouwen. Zo zijn er nog veel meer mythes rondom rouw.
Pijn en lijden zijn niet hetzelfde
Mensen die pijn hebben na een groot verlies horen vaak: “je moet eens met iemand gaan praten, een professional”. Dat is onzin. Veel mensen redden zich prima. Vaak is het voor de omgeving moeilijk om de pijn van een dierbare te zien, maar het is zeker niet ongezond om pijn te hebben. Er is een verschil tussen pijn en lijden. Pijn is onlosmakelijk verbonden met verlies. Lijden niet. Lijden is een reactie op pijn, maar het is niet de enig mogelijke reactie. Wanneer iemand (langdurig) lijdt vanwege een groot verlies, dan kan het slim zijn om hulp te zoeken. Een rouwbegeleider kan de pijn niet wegnemen of verzachten, maar het lijden vaak wel. In tegenstelling tot de meeste maatschappelijk werkers en psychologen heeft een rouwbegeleider naast een basisopleiding in de hulpverlening een specifieke opleiding gevolgd met betrekking tot verlies. Daardoor is hij of zij in staat om de rouwende de steun te bieden die nodig is.
Heb jij te kampen met een groot verlies? Weet dan dat jouw proces uniek is. Probeer stil te staan bij het verlies én afleiding te zoeken; geef je over aan de slingerbeweging. Bedenk dat het normaal is dat je pijn en verdriet hebt, maar dat je bij (langdurig) lijden hulp zou kunnen zoeken.
Eric Snaterse (2016)